Voorstander of Tegenstander?

We zijn het zo gewend om onze mening te geven. Ook ongevraagd. “Dit vind ik goed! Dat vind ik stom!” Dan rijzen de volgende vragen bij mij op: Is mijn mening meer waardevol dan die van een ander? Heeft iemand met meer autoriteit een betere mening? Is het belangrijk om mijn mening te verdedigen? Is er überhaupt zoiets als een ultieme waarheid? En als die er niet is, waarom vecht ik dan nog? En als die er wel is, waarom vecht ik dan nog? Want als ik ergens tegen ben, ben ik dan niet aan het vechten (met mezelf)?

Tegen kankerJe bent bijvoorbeeld tegen het komende 5G netwerk, tegen onnodig plastic, tegen onnodige vliegreisjes, tegen de huidige farmaceutische industrie, tegen kanker….enzovoort, enzovoort. Word je daar niet moe van? Ergens tegen zijn roept oppositie op. Het kan heel subtiel zijn, maar het is een vorm van oorlog voeren. Het is je aandacht richten op afscheiding in plaats van verbinding. Dat zou dus alle reden kunnen zijn om niet meer ergens tegen te willen zijn.

voorstanderWat nou als je je alleen maar concentreert op waar je vóór bent? Bijvoorbeeld niet tegen kanker of 5G, maar voor een gezonde en veilige samenleving. Of niet tegen onnodige vliegreisjes, maar voor het zorgen van onze planeet. Hier hoef je geen preken over te houden. Je beste reclame is door vanuit een bescheiden houding zelf het voorbeeld te leven. Niet omdat je denkt het beter te weten, maar omdat het je verlangen is om trouw te zijn aan dat wat er in je leeft.

Als dat wat in je leeft in oppositie lijkt met dat van een ander, dan nodig ik je uit om het volgende te overwegen:

  • Ik hoef geen gelijk te hebben.
  • Ik hoef mezelf niet te verdedigen.
  • Ik relativeer mijn eigen inzichten, ze zijn steeds aan verandering onderhevig.
  • Ik ben nieuwsgierig wat er in de ander leeft. Wat komt deze persoon mij brengen?
  • Ik voel liefde voor de ander, voorbij de woorden.
  • Ik voel compassie voor andermans weg.
  • Ik geef alleen mijn mening/advies als er om gevraagd wordt.
  • Ik ben het levend voorbeeld van waar ik in geloof.

Ik ben benieuwd wat het je brengt als je besluit niet meer ergens tegen te zijn. Het heeft mij meer vrede in mezelf gebracht. Ik ben meer bescheiden en zacht geworden in het uitdragen van dat wat er in me leeft. Ik leef dit nog steeds vol passie en vuur, maar zonder de agenda om iemand ergens van te hoeven overtuigen. Als er oppositie lijkt te bestaan, kan je dit als een uitnodiging zien om dieper te kijken, net zolang totdat je het gemeenschappelijke erin vindt.